zaterdag 5 november 2011
Crisis
"Hee Patries, ik gaat effuh zes daagjes naar Marbeljaaah. Opknappen van de crisis en de warme winter hiero..."
- Herfstterras in Rotterdam-Noord,
roepende dame met aow ('ik kom nog uit de karbonadebuurt hè')*
* In Rotterdam, waar bijna alles een bijnaam draagt, werd de welstand van gezinnen tot diep in de jaren zestig in de volksmond vaak aangeduid resp. ingedeeld naar vleesconsumptie. In het aan Schiedam grenzende deel van Rotterdam-West woonden de betere handwerkslieden en geschoolde arbeiders, die zich meestal eens in de week bij de slager een karbonaadje konden permitteren. Altijd nog beter dan de wijk er achter, de "speklapjesbuurt", maar onvoldoende voor de welgestelden verderop die zich wekelijks weer échte biefstuk konden veroorloven. Onder anderen de voormalige minister, VVD-prominent en huidig Brussels Euro-commissaris Neelie Kroes groeide als kind nog op in de "karbonadebuurt".
Behalve indeling naar financiële draagkracht is het in de metropool Rotterdam ook wel gebruikelijk inwoners - in directe taal - te classificeren naar uiterlijk voorkomen of gedrag. De begrippen 'tokkies', 'campinggasten' of 'aso' bestonden nog niet, maar lokale instanties verzamelden aan de noordwestrand van de stad lange tijd groepen gedepriveerden in een geïsoleerde, karige behuizing op enkele weilanden onder Zestienhoven. De naam van deze ongelukkige samenscholingsplek voor sociaal-zwakkeren leeft nog steeds voort. "Ritje naar het vliegveld meneer? Dan rij ik effe snel binnendoor, via het Indianendorp. Daar gaan we maar niet naar binnen hè, al is het vlak bij de startbaan. Anders haalt u uw toestel niet meer," aldus laatst nog een taxichauffeur.
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten